Nog in opmaak.
Resultaat 1–12 van de 93 resultaten wordt getoond
Een oranjerode appel op een gele ondergrond. De vruchten hebben een Cox’s-aroma: zoetzuur. Het vruchtvlees is roomwit en vrij stevig tot tamelijk hard.
Ideale variëteit voor het maken van appelmoes.
Het ras is in Duitsland ontstaan uit een kruising van Geheimrat Dr. Oldenburg met Cox’s Orange Pippin en in 1962 in de handel gebracht.
Alkmene kan geplukt worden vanaf eind augustus tot eind september en is beperkt – ten hoogste enkele weken – bewaarbaar
Elstar x Delcorf Apache.
Vroege bloei.
Grote vruchtmaat (75 – 85mm), uniform in vorm en grootte. Stevige en sappige appel. Zoetzuur en delicaat aroma.
Pluktijdstip valt +/- 1 week voor Delcorf Apache (begin augustus).
Goede bewaarbaarheid voor een vroeg ras
Sappige, zoete, goed bewaarbare vrucht.
Toevalszaailing ontdekt in 1870 door A. Lucas te Blois, Frankrijk.
Pluktijdstip begin tot half oktober.
Bewaarbaar tot eind januari enkel in mechanische koeling.
Gevonden door M. Bonnet te Bologne-sur-mer, Frankrijk. Vroeg bloeitijdstip. Middelmatig grote, tolvormige vrucht. Korte en brede, roestbruine vrucht. Zacht, sappig met een zoete smaak. Pluktijdstip begin september. Bewaarbaar tot half november.
Kleurmutant van Boskoop Schmitz Hubsch gevonden door J. van Laar te Margraten (NL). Egaal rood niet gestreept, middelgrote vrucht(75/85mm). Lange bewaring is mogelijk. Pluktijdstip eind september, begin oktober.